|
KINDEREN VAN AFRIKA Het succes van particuliere hulpprojecten Een Afrikaans avontuur en een handboek ineen In de ontwikkelingshulp is de afgelopen jaren te weinig vooruitgang geboekt. Er is veel geld verspild. Volgens sommigen staan veel landen er zelfs slechter voor dan vroeger, vooral in Afrika. Veel politici (zowel in Nederland als internationaal) willen fors bezuinigen op de hulp, anderen willen er zelfs helemaal mee stoppen. Ton van der Lee
IN DE PERS Artikel NOS Goede Tijden, Slechte Tijden in Afrika Door buitenlandredacteur Esther Bootsma Terwijl op ontwikkelingshulp flink wordt bezuinigd, beginnen steeds meer Nederlanders een eigen hulpproject in Afrika, Azië of Zuid-Amerika. Er zijn al zo'n 10.000 particuliere initiatieven en dat aantal groeit nog steeds. Filmmaker en schrijver Ton van der Lee maakte een boek over zijn eigen project in Mali, dat vandaag verschijnt. Het is een waargebeurde soap over een Afrikaans dorp, een soort 'Goede Tijden, Slechte Tijden' en tegelijk een handboek voor mensen die ook zo'n project willen beginnen. Ton van der Lee antwoordt verbaasd op de vraag of hij, producent van films als Rock 'n Roll Junkie en Naar de Klote!, ineens een geitenwollensokkenman is geworden met zijn schooltje in Afrika. "Vroeger werd zoiets misschien soft gevonden, maar nu is het juist hip en stoer. Veel jongeren willen na hun eindexamen vrijwilligerswerk in Afrika doen." Ontwikkelingswerker wil hij zichzelf niet noemen, liever ervaringsdeskundige. Met zijn boek probeert hij mensen te waarschuwen voor fouten, maar ze ook aan te moedigen. "Ik geloof erg in kleinschaligheid. Als iets te groot wordt, wordt het gauw onbeheersbaar en gaat al je energie op aan problemen. Daarom wil ik maar één dorp helpen. In de hoop dat andere Nederlanders zeggen: dan doen wij het volgende dorp." De explosieve groei van particuliere initiatieven komt volgens Van der Lee voort uit teleurstelling over verspilling van de gewone ontwikkelingshulp. "Mensen willen weten waar hun geld naartoe gaat. Bij kleine projecten is dat veel duidelijker. Dan gaat jouw 50 euro bijvoorbeeld naar een visnet, dat kun je zien op de website." Ook het feit dat Nederlanders veel meer zijn gaan reizen, speelt volgens Van der Lee een rol. "Ze komen ergens en denken: jee, wat zijn die mensen arm, daar gaan we iets aan doen. Veel projecten zijn daardoor in vakantielanden als Kenia en India." Bij Van der Lee zit Afrika inmiddels in zijn bloed. Vijftien jaar geleden had de filmmaker genoeg van de stress, files en het materialisme in Nederland. "Ik dacht: ik ga naar Afrika en verdwijn in het grote niets. Ik ga onder een boom de rest van mijn leven gelukkig zitten wezen." Die boom en de nodige spirtualiteit vond hij in Solitaire, in de woestijn van Namibië. Maar zijn Hollandse ondernemersbloed bleef kriebelen en hij hielp de eigenaar van een benzinepomp met een camping. Een moeizaam avontuur, waar hij het boek 'Solitaire' over schreef, dat nu door Gerard Soeteman (Soldaat van Oranje, Zwartboek) wordt bewerkt tot filmscenario. Na Namibië vertrok Van der Lee naar Mali. "Toen was mijn dorp Sanouna nog een soort paradijsje. Mensen vingen er vissen zo groot als mijn onderarm. Dat was een uurtje werk. Ze konden ervan eten en de rest van de vissen werd verkocht." Maar nadat de schrijver na acht jaar terugkeerde naar Nederland, kreeg hij steeds somberder berichten uit Sanouna. "Er was een asfaltweg aangelegd, waardoor handelaren uit de hoofdstad met koelwagens kwamen. De rivier werd binnen korte tijd leeggevist, met als gevolg dat mijn vrienden en hun gezinnen te weinig te eten hadden." Van der Lee besloot te helpen. "Afrika had mij zoveel gegeven. Het was tijd dat ik wat terugdeed." In zijn boek beschrijft hij alle stappen: hoe hij zijn stichting Sanouna oprichtte, donors zocht, de dorpelingen erbij betrok. Aanvankelijk zouden ze alleen een keuken bouwen om maaltijden voor de kinderen te koken. Maar er kwam steeds meer bij: een schooltje, een moestuin, een viskwekerij. "De tijd van cadeautjes aan Afrika is voorbij, dat leidt tot hulpverslaving." De dorpelingen verdienen nu geld met de moestuin en viskwekerij, waarvan ze een deel in de stichting moeten stoppen. Dat loopt natuurlijk niet soepel. "De helft van de mensen heeft moeite met betalen. Net als elke Nederlander." Toch is Van der Lee tevreden. Ook hij is in valkuilen getrapt, maar er gaan ergere verhalen de ronde over particuliere initiatieven. Geld dat verdwijnt, schooltjes die niet worden gebouwd. Van der Lee geeft in zijn boek tips om de valkuilen te mijden, zoals 'werk vanuit de lokale context' , 'werk samen met lokale partners' en 'zorg voor een exit-strategie'. Zelf wil hij na vijf jaar het project overdragen aan de dorpelingen. Het lijken voor de hand liggende tips, maar volgens hem maken mensen in hun enthousiasme veel fouten. Neem bijvoorbeeld de medicijnman die de grond van ons schooltje wilde zegenen. "Hij had vijftien euro nodig voor een dood paard, omdat hij op alle hoeken een paardenbot moest begraven. Als je denkt, ik koop voor dat geld liever schriftjes, dan verzeker ik je dat er nooit een kind over de drempel was gestapt." 'Kinderen in Afrika, het succes van particuliere hulpprojecten' van Ton van der Lee (Uitgeverij Balans. isbn 978 94 600 3346 9)
WERELDOMROEP: http://www.rnw.nl/nederlands/article/vijf-vuistregels-voor-particuliere-hulpprojecten LEES HIER HET STUK IN 'INTERNATIONALE SAMENWERKING': Interview: Ton van der Lee door Sanne Terlingen 19 september 2011 Op 8 september verscheen Kinderen van Afrika, het negende boek van avonturier Ton van der Lee. In zijn eerdere boeken en documentaires liet Van der Lee zich kritisch uit over ontwikkelingshulp. Toch vindt hij dat we Afrika moeten blijven helpen. In zijn nieuwe boek breekt hij een lans voor kleinschalige hulp. Hij geeft praktische tips, en doet verslag van de ontwikkelingsproject in het Malinese vissersdorp Sanouna. De ondertitel van je nieuwe boek is ‘Het succes van particuliere hulpprojecten’. Is het een betoog over ontwikkelingshulp? Of – net als je eerdere boeken Solitaire en Het zandkasteel – een reisverhaal? Gaan die twee wel samen? Van der Lee verbleef twaalf jaar in Afrika, waarvan zeven jaar in Mali. Hij bouwde een huis (het zandkasteel) nabij de stad Djenné, maar keerde terug naar Nederland omdat hij te veel last van malaria kreeg. “Ik heb veel gekregen van Afrika”, vertelt Van der Lee. “Maar afgezien van wat rijst en soms wat geld, had ik weinig gegeven. Toen ik zag dat het slecht ging met de inwoners van Sanouna, een gemeenschap vlakbij mijn Malinese huis, besloot ik dat het tijd was om iets terug te doen”. De vijftig gezinnen in Sanouna leven van de visvangst, maar door overbevissing zwemmen er steeds minder vissen in de Bani-rivier. Er zijn plannen voor de bouw van een dam, waardoor de visstand nog verder terug zal lopen. In twee jaar tijd zijn de voedselprijzen verdubbeld. Het lukte moeders niet om voldoende eten op tafel te zetten voor hun gezinnen. Kinderen waren ondervoed. Van der Lee: “Ik heb de dorpelingen gevraagd wat zij het hardste nodig hadden. Hun antwoord was ‘eten voor onze kinderen’. Ik wilde daar wel iets voor terug. Geen geld of spullen, maar inzet voor de gemeenschap. De dorpelingen besloten dat de kinderen Engelse les zouden krijgen, zodat ze op de veerpont toeristen kunnen aanspreken, en later misschien in het buitenland kunnen werken. In Ghana of Nigeria bijvoorbeeld. De maaltijden voor de kinderen worden door de dorpsvrouwen bereid.” In het boek Binnen is het donker, buiten is het licht beschrijft NRC-journalist Dick Wittenberg een jaar in het dorp Dickisoni in Malawi. Wittenbergs relatie met de dorpelingen verandert als hij hen (door lezers gefinancierde) kunstmest brengt. Hij is niet langer één van hen, maar wordt op een voetstuk geplaatst. Veranderde jouw relatie met de inwoners van Sanouna toen je de stichting startte? De inwoners van Sanouna wisten dus al bij aanvang van het project dat jij iets van ze terug verwachtte. Had een nieuweling het project net zo succesvol kunnen opstarten als jijzelf? Schuilt daarin je kritiek op grootschalige ontwikkelingshulp? Dat grote organisaties projecten implementeren zonder een maand in het projectgebied te hebben rondgekeken? Lang leve het particulier initiatief? Wat bedoel je dan met lang leve de kleinschalige hulp? Terug naar Sanouna. Hoe gaat het daar? Weten de dorpelingen dat je een boek over ze hebt geschreven? Je project in Sanouna loopt, je boek is geschreven. Wat ga je nu doen?
INTERVIEW WERELDOMROEP In de ontwikkelingshulp is de afgelopen jaren veel geld verspild. Sommige landen staan er zelfs slechter voor dan vroeger, vooral in Afrika. Ik denk dat het meeste geld verspild is om drie redenen. Ten eerste werd er te grootschalig gewerkt. Men keek te weinig naar de lokale culturele context waardoor veel projecten niet werden gedragen door de plaatselijke bevolking. Hulpverslaving Inmiddels, vele verspilde miljarden verder, is de stemming omgeslagen. Het grote publiek is hulpmoe. Veel westerse politici willen fors bezuinigen of zelfs stoppen met de hulp. Hulpmoe Particuliere projecten zijn zo succesvol omdat het publiek moe is van de bekende vormen van hulp. Waar gaat mijn geld heen? Wordt het wel goed besteed? We hebben het zelf nodig! zijn veel gehoorde geluiden. Diezelfde mensen lopen nog wel warm als er een direct beroep op ze wordt gedaan door iemand uit de eigen omgeving met een klein, overzichtelijk en direct te begrijpen en te controleren doel. Iemand met een project dat vaak geïnspireerd is door een reis naar het betreffende gebied. Vissersdorp Het betreffende vissersdorpje, waar ik al jaren kom, raakte enkele jaren geleden in moeilijkheden. Er werd steeds minder vis gevangen en de vissen werden steeds kleiner. Dat kwam door de vooruitgang: er was een asfaltweg naar de rivier gebouwd en dus stuurden steeds meer handelaren uit de hoofdstad, zeshonderd kilometer verderop, koelwagens naar de streek. Alle vis werd opgekocht en kreeg daarom niet meer de tijd om volwassen te worden en zich te vermenigvuldigen. Een eeuwenoud evenwicht werd verstoord. Nu waren de vissers van Sanouna en hun lotgenoten in de andere dorpjes langs de rivier de laatste kleine visjes aan het opeten en zou de rivier binnenkort zijn leeggevist. Engelse les Engels wordt in Mali weinig onderwezen maar is belangrijk voor de toekomst van de nieuwe generatie. Eerst leren, dan eten, vanuit de gedachte: food for work. Al tijdens de planning (we lazen vlijtig boeken en artikelen over particuliere projecten en bezochten bijeenkomsten) viel het magische woord 'exitstrategie'. We konden niet voor eeuwig geld blijven geven. Dat werkt hulpverslaving in de hand. We besloten om maximaal vijf jaar geld te blijven sturen. Daarna zou het project zichzelf moeten financieren. Collectieve moestuin Stap twee was de aanleg van een viskwekerij voor de mannen. Ook op onze kosten, maar met de afspraak dat een deel van de opbrengst naar het project zou gaan. Stap drie was de bouw van twee eenvoudige gastenkamers en een kleine camping. Het dorp ligt vlak bij het beroemde stadje Djenné, waar veel toeristen komen. Dorpshoofd Onze boekhouder en tevens onderwijzer, de enige niet-analfabete volwassene van het dorp, houdt toezicht op de inkomsten en uitgaven, maar is er niet verantwoordelijk voor. Dat is het dorpshoofd, die de uitgaves bewaakt en ervoor moet zorgen dat de vrouwen en de vissers daadwerkelijk geld afdragen. De dorpsgemeenschap is gezamenlijk eigenaar van het project en draagt in die zin de collectieve verantwoordelijkheid voor het feit dat hun kinderen gevoed worden en les krijgen. Zij controleren dus zowel de boekhouder als het dorpshoofd. Wij controleren vanuit Nederland de boekhouding, die elke maand wordt gemaild. Top-5 1. Lokale behoefte: werk uitsluitend vanuit de behoeftes die de plaatselijke bevolking zelf formuleert; Helaas zijn er nog veel particuliere projecten die (deels) mislukken, omdat men niet doordacht en structureel te werk gaat. Als de particuliere hulpsector erin slaagt professioneler te gaan werken, kan zij uitgroeien tot een belangrijke en zinvolle nieuwe vorm van ontwikkelingsamenwerking. Ik heb daar alle vertrouwen in.
|